maandag 2 juni 2014

Religie en ouderen

Religie en spiritualiteit tijdens de ouderdom
Een groot deel van de ouderen zijn gelovig en vinden spiritualiteit een belangrijk onderdeel van hun leven. Tegelijkertijd gaat de helft minder dan één keer per maand naar de kerk. Volwassen vrouwen zijn geloviger dan mannen en ze participeren meer in een georganiseerd geloof. In de VS worden langzaam maar zeker de baptisten en het katholieke geloof minder aangehangen. Men staat ook minder achter geloofsorganisaties en hun leiders, en in de spirituele- en morele status van de natie. Tegelijkertijd wordt men toleranter voor andere geloven. Deels komt dit door de babyboomgeneratie die experimenteren en onafhankelijk denken nastreeft. 
De sterkte van de geloofsovertuiging kan variëren tijdens het leven: bijvoorbeeld jongvolwassen sterk, middelbare leeftijd zwak en met ouderdom weer sterk. Een betekenisvol geloof hebben en daar actief aan deelnemen is gecorreleerd met meer levensgeluk. De richting van de causale relatie is echter nog niet duidelijk.
Religie en gezondheid
Doorgaans is er ook een positief verband tussen geloof en gezondheid, op enkele stromingen na die bijvoorbeeld medicijnen afzweren. Mogelijk dat dit positieve effect op gezondheid sterker geldt voor vrouwen, zo bleek uit longitudinaal onderzoek (McGullough  en Laurenceau, 2005). Deze positieve effecten ontstaan waarschijnlijk doordat sommige religies: een vorm van gezondheidszorg-steun geven, gezondheidsgedrag bevorderen  en sociale steun geven waardoor angst, depressie en eenzaamheid voorkomen wordt. Geloof genereert vaak ook hoop en de motivatie tot herstel. Sommige onderzoeken laten zien dat bidden stress, pijn en spierspanning kan verlichten. HIV patiënten die aanmerkelijk langer leefden dan verwacht, onderscheiden zich door een actief geloof.
Religie in ouderen volwassenen
Tussen de 55 jaar en de 70 jaar neemt de spiritualiteit sterk toe. Bij vrouwen is die toename sterker dan bij mannen. Er is een correlatie tussen religie op jongere leeftijd en op latere leeftijd, in die zin is het ‘jong geleerd, oud gedaan’. Mensen van 65 jaar zijn meer gelovig dan jongeren en ook meer actief daarin. Ouderen met een sterk geloof hebben meer zelfwaarde, zien meer de zin van het leven, hebben meer levenstevredenheid en zijn meer optimistisch (McGullough  en Laurenceau, 2005). Geloof of spiritualiteit helpt ouderen omgaan met het verlies en afscheid die de ouderdom met zich meebrengt. In de laatste levensjaren neemt de kerkgang af, maar neemt de religiositeit en de daaruit ervaren steun vaak toe. Extra voordeel van actieve deelname door ouderen is dat ze daardoor adviezen aan jongeren kunnen geven en op deze wijze sociaal betekenisvol kunnen participeren. Soms nemen ze binnen een religieuze setting ook rollen op die ze op jongere leeftijd niet konden vervullen.
Ook bidden en mediteren is gecorreleerd met langer leven, zo bleek uit een onderzoek onder christelijke gelovigen. Mogelijk omdat het de stressreactie dempt (McGullough  en Laurenceau, 2005).
McCullough, M. E., & Laurenceau, J. P. (2005). Religiousness and the trajectory of self-rated health across adulthood. Personality and Social Psychology Bulletin, 31(4), 560-573.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten